Vanmorgen was het al vroeg onrustig in ons huis. Mijn beide baasjes waren druk in de weer op een tijd dat we normaal gesproken nog diep onder zeil zijn. ‘He,’ geeuwde ik nog, ‘het is wel weekend hoor.’ Demonstratief draaide ik me om in mijn mand om daarmee een duidelijk statement af te geven. Maar er hielp geen broertje lief aan. Bij zoveel lawaai als die twee dan maken, kan zelfs ik niet rustig blijven liggen. En weet je nou waar al dat gedoe voor nodig was? Baasje Kim moest naar Nijkerk om ergens een poot in te zetten. En daar moet dan iedereen in het weekend in alle vroegte voor op. Het is toch niet te geloven. Het moet niet gekker worden.
O, daar komt baasje weer met een stukje brood met smeerleverworst aan. Dat doet ze altijd als we samen met de auto weggaan. Daar heb ik op zich geen bezwaar tegen, want smeerleverworst vind ik best lekker. Maar ze verstopt er dan ook altijd zo’n klein geel pilletje in zodat ik niet misselijk word in de auto. In het begin had ik dat nog niet in de gaten, totdat ik bij het kauwen iets hards en bitters proefde en het uit spuugde. Ik heb inmiddels ontdekt dat het uitspugen van dat pilletje me als beloning steeds een extra stukje brood met beleg oplevert.
Voor we vertrekken ga ik altijd eerst nog even met baas Jan naar buiten. Ik vind het heerlijk om met mijn sterke beer op straat te pronken. Hij denkt dat hij mij aan de lijn heeft, maar ik weet wel beter. Hij loopt altijd achter me aan en als ik ergens stil sta om een handtekening te zetten voor mijn soortgenoten, staat hij ook stil. Wie volgt dan wie? Het lijkt me toch duidelijk wie de leiding heeft. Niet dan?
Gelukkig hoefde ik niet helemaal mee naar Nijkerk, maar mocht ik een paar uurtjes logeren op de boerderij bij opa en oma. Dat vind ik altijd gezellig. Ik heb daar ook een tijd gelogeerd toen mijn baasje in het ziekenhuis lag. Het was er goed van eten en drinken en je kon er zo heerlijk wandelen in de bossen met al die geuren en reuksporen. Dat maakt zo’n dag dan weer goed.
Gelukkig is het ook morgen nog weekend. Ik hoop dat ze me dan wel laten uitslapen...